Additieven worden om meerdere redenen aan huisdiervoeding toegevoegd. Op de eerste plaats vanwege de voedingswaarde, zoals in het geval van vitamines. Daarnaast zijn er technische additieven die de voedselveiligheid verbeteren, zorgen voor het behoud van de textuur en stabiliteit en bederf tegengaan. Ten slotte zijn er additieven voor kleur en smaak.
De term ‘additief’ omvat een spectrum aan ingrediënten die fabrikanten toevoegen aan de grondstoffen die de kern vormen van huisdiervoeding. Het betreft kleine hoeveelheden van met name essentiële voedingsstoffen als vitamines en mineralen, maar ook kleur- en smaakstoffen en stoffen die bederf of bacteriële besmetting tegengaan. Meer informatie over vitamines en mineralen vind je op de pagina Voedingsbehoeften van honden en katten.
Huisdiervoeding moet veilig zijn. Afhankelijk van het specifieke product en de productiewijze kunnen daarom conserveermiddelen worden toegevoegd. Hiermee behoudt het product zijn voedingswaarde en is het veilig tot aan de uiterste houdbaarheidsdatum. Besmetting met bacteriën, schimmel en bederf moet worden voorkomen. Verder moet de kwaliteit bewaard blijven en mogen er geen voedingsstoffen verloren gaan bij het bewaren. De wijze van conservering hangt af van het type voer omdat de manier waarop het wordt geproduceerd ook al bijdraagt aan het behoud en de houdbaarheid van de voeding:
Antioxidanten beschermen huisdiervoeding tegen bederf door oxidatie. Alle huisdiervoeding bevat vetten en oliën en door de toevoeging van antioxidanten worden deze gestabiliseerd. De antioxidanten zorgen ervoor dat de vetten niet reageren met zuurstof uit de lucht (oxideren) waardoor ze ranzig worden. Dit leidt namelijk tot een afname van de voedingswaarde. Door de toevoeging van antioxidanten blijven de kwaliteit, en daarmee de gezondheidsvoordelen, beter behouden. Ter bescherming van blootstelling aan zuurstof worden daarom na de bereiding antioxidanten toegevoegd aan droge en semi-moist huisdiervoeding.
Antioxidanten die als conserveermiddel aan droogvoer worden toegevoegd, zijn onder meer bepaalde kruiden- en plantenextracten, waaronder vitamine E (tocoferols) en vitamine C (ascorbaten). Daarnaast zijn er kunstmatige antioxidanten, die ook al jarenlang in consumentenvoeding worden toegepast.
Kleurstoffen worden soms aan diervoeding toegevoegd om het er beter uit te laten zien. Hiervoor worden onder meer natuurlijke kleurstoffen, voedselkleurstoffen en minerale kleurstoffen gebruikt.
Emulgatoren zorgen ervoor dat vet en water in het voer blijven. Door het toevoegen van gom en lecithine stoten deze elkaar niet af, maar vormen ze een gel of jus in blikvoer, zakjes voer of andere soorten natte diervoeding. Hiervoor wordt onder meer gom uit zeewier en uit zaden van de guarplant gebruikt.
Smaakstoffen worden toegevoegd ter verbetering van de smaak en voor de variatie. De smaak van kant-en-klare huisdiervoeding wordt vooral bepaald door de grondstofkeuze, zoals vis, vlees, groente en granen. Net als bij ons eigen eten vergroot het kookproces vaak de smaak. Toch worden daarnaast soms smaakstoffen toegevoegd aan diervoeding. Dit kunnen natuurlijke smaakstoffen zijn zoals vis- of pluimvee-extracten of kunstmatige smaakstoffen.
Darmflorastabilisatoren, zoals bijvoorbeeld levende micro-organismes, worden soms aan huisdiervoeding toegevoegd vanwege het gunstige effect op de darmflora. Deze micro-organismes worden door de Europese autoriteiten geclassificeerd als zoötechnische toevoegingsmiddelen, maar zijn beter bekend onder de naam ‘probiotica’.
Nederlandse Voedingsindustrie Gezelschapsdieren (NVG)
Postbus 1015
4200 CA Gorinchem
© 2002 - 2024 | Nederlandse Voedingsindustrie Gezelschapsdieren